Elf II met kajuit

Type Bodor, een eigen ontwerp met de steven van de Cornish Crabber en de kont van een Noorse Snekke.

De meest essentiële ‘eisen’ gesteld aan de boot:

  • Het is een Raid-boot, moet dus ook te roeien zijn
  • Hij / zij moet trailerbaar zijn
  • Twee vaste slaapplaatsen
  • Geen mast tussen de slapers
  • Veel ruimte in de kuip
  • Eenvoudig te zeilen met redelijke zeileigenschappen
  • Een eenvoudig te strijken mast
  • Stoere uitstraling met toch een zekere elegantie.

Materiaal: oregon pine, mahonie, eiken en red ceder en 10 platen 10 mm watervast multiplex voor de romp, 8 mm, 6 mm, 4 mm platen voor de opbouw en het laminaat.

De vorm van de romp is een combinatie van een aantal scheepstypen. Met name de steven van een Cornish Crabber en de kont van een Noorse Snekke.

Het model heeft na een ‘proefvaart’ in de vijver een beoordeling gekregen van Peter Schouten uit Kortenhoef. Peter was niet geheel kritiekloos en daarop is het ontwerp aangepast. Voor de berekening van oa. het lateraal punt heeft het boek uit 1956 (8e druk) ‘De Zeilsport’ van H.C.A.van Kampen en ir. Loeff inzicht gegeven om tot juiste keuzes te komen.

Martijn van Schaik (Hoek design) heeft de tip gegeven de twee kimzwaarden onder een hoek van 3 graden te zetten ten opzichte van de kiel voor een snelle en koersvaste vaart.

De nautisch architect Klaas Bes adviseerde de mastpositie 5 centimeter meer naar voren te plaatsen.

De voor- en de achtersteven zijn gemaakt van gelamineerd mahonie in plaats van massief hout. Dit om de stijfheid te vergroten en de vorm nauwkeurig te kunnen realiseren. Voor de kiel is als basis een mahonie balk gebruikt en versterkt met eiken tegen het slijten.

De romp is opgebouwd uit acht gangen 10 mm okoumé watervast multiplex.

Om de mast niet op de kielbalk te plaatsen maar op de roef, dit om van ongedeelde slaapplaatsen te genieten, moest er een robuuste ‘brug’ gebouwd worden. Deze ‘brug’ is gelamineerd tot een dikte van rond de 7 cm en voldoet naar behoren. Ook voor de roef heb ik dezelfde constructie toegepast in een lichtere uitvoering.

Om een ruimere kuip te creëren is net als bij de Caledonian gekozen voor twee kimzwaarden, die ‘dynamisch’ zijn opgehangen in de zwaardkasten. Dus zonder bouten en/of moeren. Hierdoor zijn er naast de twee slaapplekken onder de roef ook twee slaapplekken in de kuip ontstaan.

Voor het besturen van de boot wordt primair de helmstok gebruikt, maar er is ook een ‘joystick’ besturing aangebracht die gefixeerd kan worden om koers te houden als je even te weinig handen hebt.

Mocht de boot onverhoopt kenteren: er is 300 liter purschuim in de achter- en voorsteven en achter de zwaardkasten geplaatst. Dat is voldoende drijvend vermogen om niet te vergaan.

Voor de afwerking van het dek heb ik gekozen voor teak latten.

De bouwtijd was 900 uur zonder voorpret bij het bedenken van dit project.

Werfopbouw 40 uur, rondhouten 60 uur, maken mallen 160 uur, bouw romp (8 gangen) 160 uur, inrichting romp en opbouw dek 200 uur, schilderen / schuren / lakken 120 uur, afwerking 100 uur, naaien zeilen 40 uur.

Maten: de boot is over dek 6,48 m lang met een breedte van 2,11 m en een diepte van 0,25 / 1,2 m. Het zeiloppervlak is, normaal getuigd ongeveer 16 m2. Hij ligt perfect op de waterlijn en de stabiliteit is boven verwachting.

Zie ook het bootportret van deze boot. 

De boot wordt verkocht of verhuurd via bemiddeling door Bert van Baar, debootbouwschool@gmail.com of bertvanbaar1952@gmail.com.